Volgens BIBIS-minister Albert Ramdin ligt het aan de autoriteiten, die daarmee belast zijn, om eventueel actie te ondernemen tegen de recente mededeling van de Surinaamse vicepresident Ronnie Brunswijk.
De tweede man van Suriname verklaarde in een interview op D-TV Express dat hij op 18 december nog heel oude foto’s op zijn telefoon heeft ontvangen, vermoedelijk afkomstig van de recent overleden oud-president Desi Bouterse.
Brunswijk gaf aan niet op het bericht te hebben gereageerd, omdat hij het nummer niet herkende. Hij benadrukte dat Bouterse zijn nummer wel kende.
Tot aan de dood zouden Brunswijk en Bouterse goed met elkaar zijn omgegaan, terwijl het Openbaar Ministerie ruim een jaar op zoek was naar Bouterse voor het uitzitten van zijn celstraf van 20 jaar voor meervoudige moord.
Op een persconferentie zaterdag merkte Ramdin op dat hij niets verder over de bewering van Brunswijk kan zeggen, behalve wat hij uit de media heeft vernomen.
Veiligheidsadviseur Melvin Linscheer, die ook naar de residentie van Bouterse ging op 24 december, is volgens Ramdin door president Chan Santokhi gevraagd om als liaison te dienen tussen de familie Bouterse en de regering.
In de nacht van 24 op 25 december zijn diverse regeringsleden gebeld of geappt over een gerucht over het overlijden van de oud-president. Nadat er meer duidelijkheid kwam, is Linscheer naar de locatie gegaan om mee te helpen verifiëren of het bericht van de dood van Bouterse klopte. Dat is de enige rol die Linscheer heeft gehad.